Ideeën voor de stad van morgen - masterplan Zuidoost
Een maandelijkse nieuwsbrief van Concrete Blossom
Deze editie is brought to you by Aki Negate, junior onderzoeker, & Malique Mohamud, CEO, creative director en general strategie & Alexandre Furtado Melville, CFO, partner en communicatiestrategie
⏳ De kennis ligt op straat
⌛️
⏳ De kennis ligt op straat ⌛️
De oude manieren waarop de systeemwereld zich verhoudt tot de burgermaatschappij is niet duurzaam. Helemaal als het gaat om leefwerelden die ze niet kennen of begrijpen. De afstand tussen leefwereld en systeemwereld is te groot. Dit leidt tot onbegrip, wantrouwen en zelfs een antagonistische relatie tussen de twee. Maar niet alleen wij van Concrete Blossom of academici zoals Mazzucato zien dat er anders met de uitdagingen van de Buurt moet worden omgegaan, ook in de systeemwereld zien ze dat. Er moet iets anders. Maar hoe? In deze nieuwsbrief zoomen we in op een van de antwoorden hierop vanuit de systeemwereld: het Masterplan (Amsterdam) Zuidoost.
Waarom in de Buurt?
“Er is sprake van structurele en gebiedsgebonden kansenongelijkheid van met name de jeugd in vergelijking met Amsterdam en Nederland”, staat er in het Masterplan Zuidoost. In dit gebied wonen veel “mensen met een niet-westerse migratieachtergrond”, dat is geen toeval. Dit feit is niet alleen belangrijk om de oorsprong van het probleem accuraat te kunnen analyseren, maar ook om de problemen op te lossen. Er zijn specifieke uitdagingen in migrantenwijken; waar de bevolkingssamenstelling net iets anders is dan in de welvarende, witte buurten die het land rijk is. Maar hoe wordt hiernaar gekeken in het Masterplan Zuidoost?
Er is in het masterplan erkenning voor de discriminatie die de bewoners meemaken in de vorm van racisme. Dit besef is een stap in de goede richting. Helaas staat er niets in over het aanwezige kapitaal en het belang van cultureel erfgoed van Zuidoost, maar gelukkig wordt de rol van cultuur niet volledig genegeerd. In het plan wordt benadrukt dat er rekening moet worden gehouden met de 'culturele diversiteit' van de bewoners. In principe klinkt dat goed, maar het verraadt ook een van de gebreken waar het masterplan mee kampt. Mede daardoor is programmadirecteur van het masterplan, Saundra Williams, eerder dit jaar opgestapt. Maar hoe wordt er nagedacht over die 'culturele diversiteit'? In het verhaal van het masterplan over 'culturele sensitiviteit’ worden bewoners in essentie als passieve objecten neergezet, waarbij hun cultuur alleen als obstakel wordt gezien. Als bagage die de bewoners constant met zich meedragen, waar de systeemwereld nu eenmaal rekening mee moet houden om hun werk goed uit te voeren. Maar zijn problemen nu echt het enige wat die culturele diversiteit te bieden heeft? En is er ‘rekening mee houden’ het enige wat je met het cultureel erfgoed van de Buurt kan doen?
De helicopterview van beleidsvormers en de onderwaardering van Fringe Kapitaal
Na het vertrek van Saundra Williams schreef Masterplan Zuidoost Community (een groep van betrokken buurtbewoners van Zuidoost) een brandbrief aan de Alliantie Zuidoost. In de brief schreven ze dat het eigenaarschap van de bewoners onvoldoende werd omarmd en gefaciliteerd. Een van de eisen van de bewoners was dat er een wijziging komt in de samenstelling van de Alliantie Zuidoost, waarbij de bewoners minimaal 50% van het zeggenschap in de besluitvorming moeten hebben. Dat de besluitvorming nu voor zo'n klein deel in handen ligt van de bewoners, toont aan hoe ondemocratisch en top-down het masterplan is opgesteld. “Het zoeken en vinden van het eigenaarschap, de betrokkenheid en de ervaring van bewoners en mensen uit het maatschappelijk veld bij alle stappen die we zetten”, dat was de belofte van het masterplan. Eén ding is zeker, met een masterplan waar besluitvorming niet in de handen van de bewoners ligt, zullen ze nog lang moeten blijven zoeken.
Degenen die wel de beslissingen maken in het Masterplan Zuidoost, beschikken niet over intieme kennis over de Buurt van zaken die alleen van binnen zichtbaar zijn. Dat zorgt voor problemen - daar heb je het woord weer. Een van de problemen van dit soort top-down opgestelde masterplannen is dat van buitenaf alleen de problemen herkenbaar zijn, maar geen benul van de waarde die erachter schuilgaat. Vanuit de helikopterview van de systeemwereld ziet een bestuurder alleen maar de problematiek en armoede. Pas wanneer je echt in de Buurt opgaat, zie je hoe er met struggle, community en creativiteit waarde wordt gecreëerd. Van buitenaf is het uitzicht problematiek, maar niet het immaterieel cultureel erfgoed dat ook bloeit uit diezelfde materiële ontbering.
Saundra Williams was ook hierom opgestapt als programmadirecteur van het Masterplan Zuidoost: ”Een van mijn bezwaren tegen het Masterplan was dat het erg ging over achterstanden, over armoede, over criminaliteit. Begrijp me niet verkeerd, die problemen zijn er. Maar ik heb benadrukt dat het in Zuidoost ook gaat over cultureel erfgoed, trots en het doorzettingsvermogen van mensen die hier zijn neergestreken om een beter bestaan voor zichzelf en hun kinderen op te bouwen.”
“De bewoners willen dat je naast hen staat, dat je naar ze luistert en dat naar beleid kan vertalen dat ze nodig hebben.”
-Saundra Williams
In de top-down besluitvorming in het Masterplan Zuidoost wordt door beleidsmakers en bestuurders bepaald hoe de problemen in de Buurt moeten worden opgelost. Maar zoals wij altijd zeggen, worden maatschappelijke problemen juist het meest duidelijk wanneer die worden belicht vanuit de rand van de samenleving. In bijvoorbeeld migrantenwijken wordt de kennis en het cultureel erfgoed gecreëerd dat wij (en Gucci Mane) ‘Sauce’ noemen. Dat in het Masterplan Zuidoost alleen de problemen van de Buurt wordt benadrukt, maar niet de waarde ervan wordt erkend, toont aan dat de kundigheid om deze Cultural Currency te kunnen lezen en waarderen ontbreekt. Het is dan ook logisch dat iemand zoals Saundra Williams, die uit de Buurt komt en de waarde van die kennis inziet, na zo'n lange strijd gefrustreerd raakt en uiteindelijk zelfs opstapt. En zo wordt de afstand tussen systeem- en leefwereld alsmaar groter.
Garderobejuffrouw’ - onderwaardering van het Fringe kapitaal
Het Masterplan Zuidoost heeft ook een aantal initiatieven waarmee mensen uit de Buurt aan werk worden geholpen. Saundra merkte op dat het voornamelijk ging om banen zoals schoonmaker of garderobejuffrouw. “Zijn dit de enige banen die we onze mensen kunnen aanbieden? Is dit hoe we denken over de capaciteiten in dit stadsdeel?”, vroeg Saundra Williams zich af. Blijkbaar is dat de manier waarop er vanuit de systeemwereld naar de bewoners van Zuidoost wordt gekeken. Zoals Saundra poneert: “Je hebt niet alleen te maken met het systeem, maar ook met de mensen in dat systeem.” Of zoals wij ook wel stellen: de mensen die gevormd zijn door het systeem.
Bij de bestuurlijke centra ontbreken sensitiviteit en inlevingsvermogen over de leefwereld van de Fringe en de kennis die er wordt geproduceerd. Achterhaalde ideeën en beleidsvormen waardoor mensen de Buurt slechts kunnen zien als ‘achterstandswijk’ die opgeknapt en opgeschoond moet worden zijn een common thread. Geen wonder dat je bewoners dan alleen maar kan voorstellen als schoonmakers. Over armoede gesproken.
Maar hoe moet het dan wel? “Meer participatie!”, hoor je mensen al zeggen. Inderdaad, participatie is essentieel. Maar, participatie in de vorm van een luisterend oor zonder inspraak voor de bewoners is niet genoeg. Sterker nog, dit is in de praktijk net zo ondemocratisch en top-down als wanneer er helemaal geen participatie is. Dit soort participatie is ronduit manipulatief. De acties van de systeemwereld worden gelegitimeerd met een lakje schijnparticipatie over beleid dat vooraf vastgelegd staat. Hierbij krijgen buurtbewoners alleen het gevoel dat ze worden betrokken. En dat voedt het wantrouwen.
De noodzaak van een tussenruimte
Om beleid te creëren dat recht doet aan de specifieke uitdagingen van de Buurt, is het van cruciaal belang dat het geproduceerde Fringe Kapitaal in de Buurt ook volledig tot zijn recht komt. But how Sway? Wanneer we te maken hebben met beleid dat wordt gevormd door bestuurders die de leefwereld van de Buurt niet begrijpen, ontstaat er wantrouwen. En dat wantrouwen is groot. Om te voorkomen dat interacties tussen systeemwereld en de Buurt leiden tot nog meer wantrouwen bij toekomstige masterplannen, is een tussenruimte waarin die twee werelden elkaar op gelijke voet kunnen ontmoeten onmisbaar. Dit is een ruimte waarin echte co-creatie kan plaatsvinden. Die tussenruimte moet vormgegeven worden door de mensen die al jaren naast de bewoners hebben gestaan, mensen die zijn opgegaan in de leefwereld van buurtbewoners. Alleen dan kan de kennis van de buurt herkend en vertaald worden naar zij die alleen maar naar de Buurt hebben kunnen kijken vanuit de metaal-met-glas bestuurlijke torens.
De aanwezige kennis uit de Buurt moeten we dus weten te vangen en kunnen we inzetten voor grootstedelijke problematiek. Alleen zo kunnen we de steden inrichten op een manier waar er ruimte en begrip is voor iedereen. Maar hoe gaan we dit doen? Hoe brengen de de systeemwereld en de Buurt dichter bij elkaar?
— Edited by Julia Den Outer, editor, Rotterdam